Een recept voor traditionele stamppot boerenkool
Wanneer je denkt aan boerenkool, dan denk je vast en zeker aan boerenkoolstamppot. Een gerecht dat in de winter, bij veel huishoudens, minimaal een keer per week gegeten wordt. Als je vaker bij mensen gaat eten, zul je merken dat eigenlijk iedereen dit op zijn eigen manier klaarmaakt. Dit slechts een van die manieren, maar hoe je het ook klaarmaakt. Het is boerenkoolstamppot en dat is wat telt.
Recept stamppot boerenkool
Stamppot boerenkool is één van de meest gegeten gerechten in de wintermaanden.
Ingrediënten
- 1 Kilo Aardappelen
- 1 Kilo Boerenkool
- 1 Grote rookworst
- 300 Gram Spekblokjes of spekreepjes
- 2 Zakjes Jus, of helemaal zelf maken
- Peper en zout naar smaak
Bereiding
Je begint met het schillen van de aardappelen en snij deze in iets kleinere stukken. Zorg dat wel dat de stukken ongeveer allemaal even groot zijn, zodat ze ook allemaal tegelijkertijd gaar worden. Vul een pan ruim met water en leg daar de aardappelen in met flink wat zout. Daar bovenop gaat de boerenkool. Zorg dus dat je een grote pan gebruikt. Het kan zijn dat niet alle boerenkool in een keer past, maar het slinkt in de pan en dan kan er weer wat bij. Bewaar twee handenvol verse boerenkool tot het eind.
Terwijl de aardappelen en de boerenkool gaar koken, kan je de spekjes bakken. Bak ze lekker krap en laat ze daarna op een stuk keukenrol uitlekken.
In een andere pan met ruim water kook je de worst. Eventueel kan dit ook in de pan met de aardappelen en de boerenkool. Als de aardappelen gaar zijn, is de rest ook gaar en kan het water afgegoten worden.
Laat de boel even goed nastomen met de deksel op de pan. Vergeet niet de worst eruit te halen als je die samen met de boerenkool en aardappelen hebt gekookt.
Zet ondertussen een pannetje op het vuur om de jus te maken.
Pak er een stamper bij en stamp de aardappelen goed fijn samen met de boerenkool. Gooi de spekjes erbij en meng met een lepel goed door elkaar.
Je hebt zoveel jus gemaakt omdat ongeveer de helft nog door de stamppot gemaakt. Dit is om ervoor te zorgen dat het een fijn mengsel wordt en nog voor wat extra smaak. De rest van de jus is voor op tafel zodat mensen zelf nog kunnen opscheppen.